Je begeleidt een eerstejaars verloskunde student op stage. Wat moet je allemaal weten? Hieronder vind je alle informatie en documenten die van belang zijn.
In het eerste jaar zijn er drie soorten stages: een stage waarin de verloskunde student vooral waarneemt vanuit het cliëntenperspectief, een kraamstage waar de student meeloopt met een kraamverzorgende en twee stages die uitgaan van het verloskundigenperspectief. In de stage die focust op het cliëntenperspectief, de zogenoemde ‘doorlopende stage’, observeert de student hoe een cliënte de zwangerschap, baring en kraamperiode ervaart. Voor deze stage zoekt de verloskunde student een zwangere in haar eigen netwerk, die ze gedurende het hele eerste studiejaar mag ‘volgen’ (zie voor meer informatie de handleiding doorlopende stage op de studiegids-pagina voor studenten van jaar 1).
Je kunt ook de folder over de doorlopende stage meegeven aan je cliënten.
‘Aan het werk in de wijk’
In het eerste studiejaar gaan de studenten verloskunde drie keer een korte periode op stage; in oktober een oriëntatiestage van 1 week in de verloskundigenpraktijk, in april een kraamstage van 1 week en in juni vijf weken in de verloskundigenpraktijk. We informeren je graag over deze stages door middel van de stagehandleidingen.
Kijk voor meer informatie over de beoordeling van de stage bij het onderdeel ‘beoordelen’.